Baku is een enorme stad. Met ongeveer twee miljoen inwoners is de Azerbeidzjaanse hoofdstad een echte metropool. En er rijden hier net zoveel auto’s als er mensen wonen. Die rijden allemaal de hele dag luid toeterend door elkaar heen.
Zeker in de spits lopen alle wegen vol en doe je over honderd meter minimaal een half uur. Op de kruisingen rijdt iedereen, van alle kanten, tegelijk op. In het midden staan ze dan tegenover elkaar en komt niemand meer voor- of achteruit. Met de hand op de claxon probeert iedere automobilist toch een weg te vinden door de enorme hoeveelheid blik. Een nogal chaotisch aangezicht.
Net als de organisatie in de club. Wanneer je voor de training iets aan de manager wil vragen, doen twintig anderen dat ook tegelijkertijd. Wachten op je beurt is geen optie, want daarna is er geen tijd meer. De mensen spreken hier ook niet echt goed Engels. Daardoor verloopt de communicatie ook nog eens wat langzamer dan normaal. De vraag blijft dus ook altijd of ze je uiteindelijk wel begrepen hebben.
Een paar dagen geleden heb ik een verzoek ingediend om van appartement te wisselen. Ondanks dat ik in mijn huis warm water, ja zelfs kokend heet water, en internet heb. Ik woon nu in een zestien verdiepingen tellend gebouw, op de vijftiende verdieping. Een held ben ik niet in de lift, dus elke dag slaak ik een zucht van verlichting als de deuren openen en ik weer met beide benen op de grond sta. Vaak is een van de liften buiten werking. Als mij dat maar niet overkomt op het moment dat ik er in sta! Bovendien woon ik nu ver weg van alle andere (Nederlandse) speelsters. Dat is ook niet echt prettig. Maar goed, hopelijk kan ik aan het eind van de maand naar een ander appartement. Het zou erg gezellig zijn als ik dan bij de andere Nederlandse families kan wonen! We zullen zien of ze mijn vraag begrepen hebben…
Het begin van het seizoen hier in Baku is dus wat chaotisch. Daardoor lukte het de afgelopen week ook niet om deze column te schrijven! Vanaf nu zal er wel wat meer ritme zijn in de trainingen en de wedstrijden. Volgende week begint onze competitie namelijk. Tegen wie, ik heb geen idee. Ik laat alles maar gewoon op me afkomen. En wie het eerst drie sets wint, hoeft niet naar een boze president te luisteren na afloop van de wedstrijd. Dat zal mijn doel zijn voor de aankomende tijd. Alleen zo komt er wat orde in de chaos.