De Japanse vrouwen hebben zaterdagmiddag hun eerste Olympische medaille sinds 1984 behaald. Ze versloegen in de strijd om de derde plaats Zuid-Korea met 3-0 (25-22, 26-24, 25-21).
Het was zaterdagmiddag een groot tranendal op Earls Court in London nadat de Japanse Saori Sadoka op linksvoor het tweede matchpoint had verzilverd door de bal via het Koreaanse blok uit te slaan. Tranen van vreugde bij de Japanse vrouwen, tranen van verdriet bij de Koreaanse verliezers.
Beide teams mochten zich echter een beetje winnaar voelen. Want vooraf hadden weinigen voorspeld dat beide Aziatische teams zouden gaan meedoen om de medailles. Beide landen waren outsiders, vooral door hun gebrek aan lengte. Met name Japan heeft daar last van maar die ploeg weet al sinds jaar en dag het verdedigen tot ware kunst te verheffen en dat te koppelen aan het enorm handig via de vijandelijke blokkering aanvallen. De strijd om het brons was daar nog maar weer eens een voorbeeld van. Met als meest verbluffende statistiek dat Japan geen enkel blokpunt wist te scoren tegen de toch ook niet grote Koreaansen, die acht keer met succes een muur optrokken.
De reeds genoemde Saori Sakoda was de grote uitblinker bij Japan. Zij werd aanvallend maar liefst 46 keer gezocht, niet veel minder dan de helft van alle aanvalsballen en scoorde daarvan 23 directe punten ook net iets minder dan de helft van het hele team. Verdedigend en aanvallend poetste Japan zo het Koreaanse overwicht in de service en de blokkering moeiteloos weg.
Vanavond (19.30u Nederlandse tijd) spelen de vrouwen van Brazilië en de Verenigde Staten om goud. Het is een herhaling van de finale van vier jaar geleden toen Brazilië met 3-1 won. Dit keer is de Verenigde Staten, dat nog geen wedstrijd verloor dit toernooi, echter de grote favoriet.
